Deze oefening is bedoeld om je te helpen gronden, tot rust te komen en opnieuw contact te maken met een gevoel van veiligheid. Door middel van ademhaling en een eenvoudige visualisatie creëren we een plek waar je even kunt ontspannen.
Het doel is niet om vervelende gevoelens weg te duwen, maar om jezelf de ruimte te geven om te ademen, te verzachten en te voelen dat je op dit moment veilig bent.
Je hebt niets nodig behalve jezelf en een paar minuten ongestoorde tijd.
Neem de tijd. Je hoeft niets te forceren. Jij bepaalt het tempo.
Duur: 5 – 10 minuten
Doel: spanning verlagen, gronding en je gevoel van veiligheid versterken
1. Vind een rustige plek
Ga zitten of liggen op een comfortabele plek waar je even niet gestoord wordt. Sluit je ogen als dat goed voelt, of laat je blik rusten op een vast punt.
2. Grondende ademhaling
Breng je aandacht naar je ademhaling.
- Adem rustig in door je neus (4 tellen)
- Houd je adem kort vast (2 tellen)
- Adem langzaam uit door je mond (6 tellen)
- Herhaal dit 4 tot 5 keer
Laat bij elke uitademing je schouders iets meer zakken. Voel hoe je lichaam beetje bij beetje ontspant.
3. Visualisatie: Je veilige plek
Stel je nu voor dat je op een plek bent waar jij je volledig veilig voelt. Dit kan een echte plek zijn, of een denkbeeldige plek — zoals een strand, een bos, een knusse kamer, of met een warm dekentje bij een haardvuur.
Kijk om je heen: Wat zie je? Wat voor kleuren, vormen of licht zie je?
Luister: Welke geluiden hoor je op deze plek? Misschien het ruisen van bladeren, het kabbelen van water, of zachte muziek?
Voel: Wat voel je? Voel je de zon op je huid, het zachte, warme zand onder je voeten, het zachte gras, of een warme deken om je heen?
Ruik: Welke geuren hangen hier? Zout zeewater, lavendel, de zachte, rokerige geur van knetterend haardvuur, of versgebakken brood?
Laat je lichaam steeds meer ontspannen terwijl je je voorstelt dat je in deze veilige plek bent. Je bent hier beschermd. Hier hoef je niets. Je bent veilig.
4. Veranker het gevoel
Zeg rustig tegen jezelf (in gedachten of hardop):
“Ik ben hier, ik ben veilig, ik ben in het nu.”
Je kunt ook een anker gebruiken, zoals je hand op je hart leggen of zacht in je vingertoppen knijpen, om jezelf te helpen terug te keren naar dit gevoel op andere momenten.
5. Kom langzaam terug
Laat het beeld van je veilige plek langzaam vervagen. Breng je aandacht weer naar je ademhaling en naar de ruimte om je heen. Beweeg langzaam je vingers en tenen.
Wanneer je er klaar voor bent, open je rustig je ogen.